dinsdag 12 maart 2024

Waren de pastinaakkoekjes een succes?

Nu ben je natuurlijk benieuwd naar hoe de wedstrijd voor de beste kookclub waar we de pastinaakkoekjes van zondag moesten klaarmaken is gegaan. Nou, dat lees je in deze blog. 

Ons doel was een gezellige dag samen koken en dat is prima gelukt. Alles was goed geregeld door foodies, atag, wmf en de kookfabriek. Bij ontvangst moesten we natuurlijk eerst op de foto.

De ingrediënten voor het voorgerecht stonden klaar, dus wij konden aan de slag. De inductiekookplaat leverde wat gemopper van mijn kant op; ik kook op gas met gewone draaiknoppen. Maar het eindresultaat zag er mooi uit, was op tijd klaar en smaakte ook lekker.



Daarna was het tijd voor een lekkere lunch en een stiekeme sneakpeak van de blackbox. Het idee was dat we pas bij de start van ronde 2 die ingrediënten zagen, maar ja, als de box in ons zicht wordt klaargemaakt....In de box zat paarse boerenkool (aka red russian die ik al kende van mijn Ballymaloetijd), rode biet, pastinaak, aardpeer, ui, aardappel, koningsoesterzwam, tijm, rozemarijn, peer. Verder stond er nog een grote voorraadkast met houdbare ingrediënten en wat zuivel tot onze beschikking. Maar ja, dan moesten we wel verzinnen wat we gingen koken in de 90 minuten die ons ter beschikking stonden. 


We begonnen maar met de oven voorverwarmen om daarna blokjes biet te roosteren. Verder werd het een risotto met aardpeer. De aardpeer werd voorgekookt in water met oa tijm wat ook de bouillon werd voor de risotto. We besloten om geen kaas door de risotto te doen maar een vegan hartig poeder (1 zus eet veganistisch dus dat maakt zij vaker) te maken en een klont margarine zorgde voor de romigheid. Ik weet dat margarine een vieze klank heeft, maar inmiddels is er heel wat aanbod van vegan "boter" wat goed smaakt. Toen we de bordjes van de andere kookclubs zagen vonden we ons bordje een beetje simpel maar de risotto smaakte goed. Het restje dat niet op de borden paste werd met liefde opgegeten door manlief die ons publiek was.

Toen werd het tijd voor ronde 3: het dessert. Een appeltaartje maar dan anders. Hier zaten een aantal technische elementen in: deeg, de appelvulling, meringue en sabayon. Uit het recept was een aantal zaken weggelaten, zoals de oventijd, de temperatuur van de suikersiroop voor de meringue en daarmee was deze ronde dus ook een stukje kennistoetsing. Het deeg maken, rusten, bakken en afkoelen kende echt een krappe timing, maar we hebben het gered. De suikersiroop voor de meringue was te heet geworden (ik lette niet op) zodat er stukjes karamel in de meringue zaten maar we moesten het er mee doen; meer dan de afgewogen ingrediënten kregen we niet. De meringue zakte dan ook best in. Voor het kloppen van de sabayon werd een bolletjesgarde voorgeschreven....... maar gelukkig was er ook een gewone garde. Het idee van de bolletjes, daar ben ik nog niet achter. Ik las in een review na een internetzoektochtje wel dat ie handig is voor kaasfondue en daar kan ik me wel wat bij voorstellen. Sorry wmf;.)


Na even bijkomen met nog een lekker kopje thee kwam de jury uit haar beraad en werd het tijd voor de prijsuitreiking: nummer 3, dat zijn .... de kokkeroontjes. Huh? Dat zijn wij! Toen waren we gewoon derde en gingen we naar huis met een mooie stoompan. Dat hadden we helemaal niet verwacht. 

3e plaats beste kookclub 2024 foodies


zondag 10 maart 2024

Pastinaakkoekjes op een salade van winterpostelein, witlof en peer

Begin januari las ik in de nieuwsbrief van foodies magazine een oproep voor een kookwedstrijd. Met mijn zussen (onze broer mocht ook meedoen hoor, maar dat kwam niet uit) vormde ik - vanaf dat moment - een kookclubje. We hebben wel eens samen gekookt, bijvoorbeeld in Thailand en met kerst en als ik iets vegan kook wissel ik dat uit met de veganistisch-etende zus. De eerste horde die genomen moest worden, was een vegatarisch voorgerecht verzinnen met als thema "winteroogst". Na wat heen en weer appen en proefkoken is het dit geworden. 

Dit lekkere voorgerecht (overigens veganistisch) bleek ook bij de redactie in de smaak te vallen. Wij mochten vandaag echt aan de slag bij de the Farms Kitchen Kookfabriek in Utrecht



Pastinaakkoekjes op een salade van winterpostelein, witlof en peer

(recept van bijnanetzolekkeralsthuis - 4 personen)

pastinaakkoekjes:
  • 500 gram pastinaak
  • 1 sjalotje
  • blaadjes van een paar takjes tijm
  • ± 40 gram bloem + extra voor bestuiven
  • zout
  • versgemalen zwarte peper
  •  ± 4 eetlepels zonnebloem- of koolzaadolie om te bakken
dressing:
  • 1 eetlepel perenstroop
  • 1 eetlepel appelazijn
  • 1-1,5 theelepel Zaanse mosterd
  • 1 eetlepel hazelnootolie
  • 2 eetlepels koolzaadolie
  • snuf zout
salade :
  • 1 peer (rijp maar hard, ± 200 gram)
  • 1 stronkje witlof (± 200 gram)
  • 100 gram winterpostelein
  • 50 gram gepelde hazelnoten

Snipper het sjalotje heel fijn. Verhit een beetje olie in een klein koekenpannetje en fruit hierin het sjalotje met de tijmblaadje 5-10 minuten tot de sjalot glazig is .

Schil de pastinaak met een dunschiller. Snijd de lelijke loofaanzet weg. Snijd de pastinaak in stukjes van ± 0,5 cm dik.  Doe de pastinaakstukjes in een pan met zoveel water dat ze net onderstaan. Voeg een theelepel zout toe. Breng aan de kook en laat 10 minuten koken. Controleer of de pastinaak goed gaar is. Kook anders nog een paar minuten meer. Giet de pastinaak goed af. Stamp de pastinaak fijn met een pureestamper en roer glad. Zet eventueel de pan met puree terug op het vuur en verwarm – terwijl je blijft roeren – nog een paar minuten om een drogere puree te krijgen. Laat de puree afkoelen als je tijd hebt. Roer bloem door de puree en breng op smaak met peper en eventueel zout en de gefruite sjalot. Vorm 12 balletjes (± 35 gram per stuk) van het mengsel en duw ze plat tot een koekje van ± 1,5 centimeter dik. Leg op een met bloem bestoven bord. Verhit een koekenpan. Voeg 2 lepels olie toe en laat heet worden. Bestuif de koekjes (via een zeefje) met bloem. Bak de koekjes een paar minuten op halfhoog vuur tot de onderkant lichtbruin is, keer ze om en bak de andere kant ook bruin. Misschien moet je een klein beetje extra olie toevoegen. Als niet alle koekjes in een keer in de pan passen, kun je de koekjes warm houden in een oven van 80 C. 

Terwijl de pastinaak kookt, kun je de dressing maken. Verwarm hiervoor de perenstroop een klein beetje zodat deze minder stroperig is en dus makkelijker mengt. Klop in een ruime kom de mosterd met de azijn door elkaar. Klop de stroop erdoor. Meng dan beetje bij beetje de olie erdoor. Je moet een lobbige dressing krijgen. Klop – als de koekjes nog niet klaar zijn – af en toe even door. 

Bereid de salade-ingrediënten voor:
Rooster de hazelnoten in een droge koekenpan tot ze lichtbruine vlekjes krijgen. Laat iets afkoelen en hak grof.
Schil de peer, halveer, verwijder klokhuis, snijd in dunne plakken en dan in de lengte in dunne reepjes. 
Spoel de witlof af en snijd een dun plakje van het stronkje af. Halveer. Snijd – onder een schuine hoek – de witlof in lange, dunne reepjes. De reepjes kunnen naar de stronk toe meer aan elkaar vast blijven zitten. Snijd dan los. 
Was – indien nodig – de winterpostelein en slinger droog in een slacentrifuge. Leg een paar blaadjes apart voor bovenop. 

Opmaak:
Sprenkel een mooi sliertje dressing op een bord. Verdeel hierover een kwart van de peer, witlof en winterpostelein over de borden. Bedruppel met nog wat dressing. Schik 3 pastinaakkoekjes op de salade. Bestrooi met de gehakte hazelnoten en de achtergehouden groene blaadjes winterpostelein. Maak zo nog 3 borden. Serveer de rest van de dressing er in een klein kannetje bij.






woensdag 6 december 2023

Pumpkin spice cake met pecannoten

De laatste lekkersvanthuis-bij-ons-thuis was een week na Thanksgiving. Ik besloot mijn inspiratie uit een traditionaal Thanksgivingdiner te halen. Maar dan zonder de kalkoen omdat ik deze avonden zoveel mogelijk vegetarisch wil houden. Verder googelde ik op Ottelenghi & Thanksgiving en dat leverde ook een paar lekkere hits op. Op tafel stond:
  • met oa gember, komijn, koriander geroosterde pompoen met een pekmez-balsamicoglaze op een bedje van rijst bestrooid met munt en granaatappelpitten
  • kort gekookte spruitjes met hazelnoot en cranberrycompote (waar ook de pumpkin spice door heen ging)
  • koolrabi-wortelsalade met mierikswortel en peterselie door de yoghurtdressing
  • de stuffing: pastinaak, bleekselderij, blokjes brood, tijm, ei, parmezaanse kaas
  • zoete aardappelpuree bedekt met marshmallows die even onder de grill gingen (op de foto zie je dat dat net goed ging)

Dan mis je de kalkoen toch helemaal niet? 

Die zoete aardappelpuree verraste me positief. Als je googelt op recepten voor dit - in onze niet-Amerikaanse ogen - vreemde gerecht vind je voor recepten waar door de puree ook nog boter, kaneel en suiker gaat. En nee, het wordt dan niet als toetje gegeten. Ik liet dat extra zoet en vet weg en mengde er alleen een fijngehakt pittig pepertje door. De combinatie met de marshmallows werkte eigenlijk prima. Bijna iedereen aan tafel vond het geslaagd. 

Als toetje maakte ik een cake met pompoen, de pumpkin spice specerijen en pecannoten.



Pumpkin spice cake met pecannoten

(rechthoekige vorm van ± 20 bij 30 centimeter - recept van bijnanetzolekkeralsthuis)
  • 4 eieren
  • 200 gram suiker
  • 1 zakje vanillesuiker
  • 200 gram zonnebloemolie
  • 2 theelepels bakpoeder
  • 5 theelepels pumpkin spice*)
  • 275 gram bloem 
  • 200 gram geraspte flespompoen
  • 100 gram pecannoten, grof gebroken
Klop de eieren met (vanille)suiker ± 5 minuten tot een luchtig mengsel. Meng er beetje bij beetje de olie door. Klop er bakpoeder, pumpkin spice en bloem door. Meng tot slot de pompoen door het cakebeslag. Verdeel het beslag over de met bakpapier beklede vorm. Verdeel de pecannoten over de bovenkant. Bak de pumpkin spice cake op 170C in ± 35 minuten gaar. 

*) pumpkin spice: meng hiervoor kaneel (8 delen), gemberpoeder (4 delen), gemalen kruidnagel (2 delen), gemalen piment (2 delen) en geraspte nootmuskaat (1 deel). Mijn basisdeel was een halve theelepel, dus ik hield pumpkin spice over voor iets anders. En als ik er geen andere bestemming voor heb dan gaat het wel door de havermout van manlief in plaats van de gebruikelijke speculaaskruiden. Verder gebruikte ik hele kruidnagels en hele pimentkorrels en mijn specerijenmolentje om alles te malen en mengen. 

donderdag 9 november 2023

Indiase curry met pompoen, kikkererwten, spinazie en cashewnoten


Na maandenlange stilte is er - na de peerkarameltaart - gewoon nog een recept. Een recept voor een vegan curry met Indiase smaakmakers en pompoen, kikkererwten en spinazie. Ik vond 'm geslaagd dus besloot ik het recept uit te schrijven. Misschien dat het vegan etende zusje er wat aan heeft. Ook al heeft ze vast iets dergelijks al in haar repertoire. 

In het recept voor de pilaurijst wordt gemeten naar inhoud in plaats van naar gewicht. Het is het handigst om de hoeveelheid rijst (wel gewicht) die je wilt gaan klaarmaken over te gieten in een passende beker of bak en daarin dan vervolgens het volume aan water af te meten. Helemaal handig is om voor een volgende keer te onthouden welke beker je gebruikt. 

Indiase curry met pompoen, kikkererwten, spinazie, cashewnoten (vegan)

(recept van bijnanetzolekkeralsthuis - 4-6 personen)

  • 2 eetlepels koolzaadolie
  • 1 ui, in kwartringen
  • 1 (scherpe) rode peper (ik gebruikte 1 rawit)
  • 3 cm gember
  • 1 teentje knoflook
  • 1,5 theelepel kurkuma
  • 2 theelepels zwart mosterdzaad
  • 1,5 theelepel gemalen korianderzaad
  • 1,5 theelepel gemalen komijnzaad
  • 400 milliliter kokosmelk
  • 1 blik tomatenblokjes (400 ml)
  • zout naar smaak
  • 800 gram pompoenblokjes *)
  • 400-600 gram gare kikkererwten
  • 300 gram verse spinazie
  • 75-100 gram cashewnoten
Verhit de olie in een grote braadpan. Fruit ui en peper tot de ui begint te kleuren. Voeg gember en knoflook toe en bak 2 minuten mee. Doe dan de specerijen erbij en bak nog 1 minuut. Doe dan de kokosmelk en  tomatenblokjes erbij. Voeg nog een half (tomaten)blikje water toe; spoel je dat ook meteen schoon. Breng aan de kook en voeg zout naar smaak toe. Laat de pompoenblokjes in de saus gaar worden. Hoe lang dat duurt is lastig aan te geven. Pompoen is de ene keer veel sneller gaar dan de andere keer. Ook ligt het er natuurlijk aan hoe groot je blokjes zijn. Begin met controleren na 10 minuten. Als de pompoen bijna gaar is kun je de spinazie - eventueel grof gehakt - toevoegen. Meng ook de kikkererwten erdoor. Laat een paar minuten meewarmen. Proef nogmaals en gebruik eventueel nog wat zout of extra pit. Als de pompoen als erg gaar was (dat kan ook ineens heel snel gaan) op het moment dat de kikkererwten erbij moeten, kun je de kikkererwten ook apart opwarmen en er warm doormengen. Bestrooi de curry met cashewnoten. 

*) Ik slachtte een flespompoen van 1,3 kilo. Dat leverde schoongemaakt 1150 gram pompoen op. Ik sneed blokje van ongeveer 1,5 cm in het vierkant. De rest van de pompoen gebruikte ik ergens anders in. 

Ik serveerde er nog een beetje basmatirijst op de pilaumanier bij. Maar een stuk naanbrood of niets kan ook. 

Basmatirijst op de pilau-manier

  • 1 mok basmatirijst
  • 1,5 mok (kokend water)
  • 1 eetlepel koolzaadolie (of ghee of boter als het net vegan hoeft)
  • 1 kaneelstokje
  • 3 kruidnagels
  • 3 kardemompeulen, gekneusd
  • 1 theelepel zout
Week de rijst een half uurtje in koud water en giet af door een zeef. 
Verhit de olie met de specerijen tot deze lekker beginnen te ruiken. Voeg rijst en zout door en schep even goed door elkaar. Giet het kokende water erbij. Breng weer aan de kook, zet het vuur laag en laat met een deksel op de pan in 10-12 minuten gaar koken. Als het goed is, is al het water opgenomen. 

zondag 22 oktober 2023

Peer-karameltaart

Van opa en oma erfde ik hun Arabia Ruska-servies. Onze buurman heeft dat ook en bij hem ontdekte ik dat er ook mooie serveerschalen bestaan. De prijzen die daarvoor gevraagd worden op marktplaats variëren nogal. Afgelopen week vond ik eindelijk het taartbord en de ovale serveerschaal voor een schappelijke prijs. Op het taartbord moest natuurlijk een lekkere taart komen. Dat werd de feestelijke peer-karameltaart die op de voorkant van de september-allerhande stond. Zoals gebruikelijk paste ik het een en ander aan. Ik zal uitleggen waarom en vervolgens mijn recept opschrijven. Voor mij werkte dit, maar volg gerust het recept uit de Allerhande of destilleer uit beiden weer je eigen methode. 


Als eerste wat je nodig hebt. In het originele recept staat alleen een totaaloverzicht (wat ook handig kan zijn - in mijn recept moet je bijvoorbeeld alle hoeveelheden suiker bij elkaar optellen om te weten hoeveel je in totaal nodig hebt) van de gebruikte ingrediënten. Ik begrijp dat er beperkte bladruimte is, maar ik maakte eerst een overzicht van hoeveel je van wat nodig hebt voor elk onderdeel van de taart. Daaruit volgde dat je geen 6 eieren nodig hebt, maar 3 hele eieren en 3 eiwitten. Dan wordt in het recept wel gezegd "de dooiers gebruik je verder niet", maar ik vind het handiger om dat direct te lezen. Dan weet ik dat ik bijvoorbeeld ingevroren eiwit kan gebruiken, of dat ik dooiers overhoud zodat we dan bijvoorbeeld een hartige taart eten of bami met omeletreepjes. Overigens gebruikte ik maar 2 eiwitten voor de meringuelaag. Mijn ervaring leert dat dat genoeg schuim oplevert voor een meringueplak van 22 centimeter doorsnee. Ook smeerde ik het eiwitschuim met een lepel uit. Het in een spuitzak doen vind ik zo'n kleverig gedoe en je verliest daarmee ook een deel van het schuim. 

De bodem in het oorspronkelijke recept bevat geen vet. Het is meer een biscuitdeeg, maar dan met stijfgeklopt eiwit erdoor. Ik vind biscuitdeeg vaak vrij droog en meer geschikt voor een taart met vrij dunne laagjes deeg en een nattere vulling. In dit recept heb je een vrij dikke bodem. Dus ik voegde zonnebloemolie toe aan mijn cakebeslag. Ook begon ik met de meringuelaag in plaats van de cakebodem omdat ik dan 2 keer eiwit in dezelfde kom kon kloppen. Scheelt weer afwas ;.). 

Het AH-recept levert een flinke hoeveelheid karamelsaus op. Daar gaat 100 gram van de suiker en 250 milliliter van de slagroom naar toe. Ik maakte een beetje minder en startte met een boterkaramel. Een karamel met alleen suiker en water vind ik lastiger om te maken. Voor mijn (hartige) tarte tatins gebruik ik ook altijd een beetje boter in de karamel. 

Om de slagroom voor de vulling steviger te maken gebruikte ik geen clotted cream (wel lekker maar duur en dan heb je weer een half potje over) maar een zakje "sahnesteif", oftewel slagroomversteviger. 

De blokjes peer voor de vulling liet ik een paar minuten in 3 lepels water, een lepel suiker en wat kaneel pruttelen zodat ze wat zachter waren. 

De versiering van de oorspronkelijke taart bestaat uit plakjes peer die in karamel gedoopt worden. Mooi om te zien, maar dat is iets dat je niet lang van tevoren kan maken omdat het vocht uit de peer de karamel weer laat oplossen. Ik sloeg dat onderdeel dus over en gebruikte wat blokjes peer uit de vulling. Verder had ik nog mooie taartchocolaatjes, dus die chrunch choco's liet ik voor wat het was. Wat pure vlokken, geraspte chocolade is ook een idee. 

Nu lijkt het alsof ik het maar een matig recept vond. Dat is zeker niet zo. Het idee van de 3 lagen, waarvan 1 meringuelaag, leek me erg lekker. De allerhande is in het zicht blijven liggen tot een geschikt bakmoment. En voor een zomerse versie heb ik ook al een idee: met verse kersen en chocoladesaus in plaats van peer en karamel. 

Peer-karameltaart

(springvorm van 20/22 centimeter doorsnee)
  • 2 eiwitten
  • 100 gram (fijne) kristalsuiker
  • 3 eieren, gesplitst
  • 30 + 40 gram suiker
  • 50 gram zonnebloemolie
  • 75 gram bloem
  • 400 gram peer
  • 3 eetlepels water
  • 1 eetlepel suiker
  • 1 theelepel kaneel
  • 20 gram boter
  • 50 gram suiker
  • 75 milliliter melk
  • 2 deciliter slagroom
  • 1 zakje slagroomversteviger
  • 1 zakje vanillesuiker
  • iets van chocolade om te versieren
Klop de 2 eiwitten in een vetvrije kom iets schuimig. Klop er dan lepel voor lepel de 100 gram suiker door tot het een stijf, kleverig schuim is. Teken een cirkel van 21 centimeter doorsnee op bakpapier en leg deze op een bakplaat. Verdeel het schuim over deze cirkel. Bak de meringue op 100C in 30-60 minuten droog. Laat afkoelen. Als je de taart pas later in elkaar zet, bewaar de meringue dan in een grote doos of plastic zak om te voorkomen dat deze snel zacht wordt. 
Klem een vel bakpapier tussen de rand en bodem van de springvorm. 
Klop de 3 eiwitten in een vetvrije kom iets schuimig. Klop er dan lepel voor lepel de 40 gram suiker door tot het een stijf, kleverig schuim is. Zet even opzij. 
Klop de eidooiers met de 30 gram suiker tot een dikkig, bleekgeel mengsel. Klop er dan beetje voor beetje de zonnebloemolie door. Klop er de bloem door. Menger dan met een spatel het stijfgeklopte eiwit door. Verdeel het beslag over de springvorm. Bak de bodem op 175C in 25-30 minuten. 
De vulling kun je maken in de tijd dat de meringue en/of cakebodem in de oven staan:
Schil de peer, verwijder het klokhuis en snijd in kleine blokjes. Verwarm het water met de suiker en kaneel, voeg de peer toe, doe een deksel op de pan en laat een paar minuten pruttelen tot de peer zachter wordt. Laat afkoelen en giet af. Eventueel kun je de siroop in een glas opvangen en aanmaken met wat bubbeltjeswater en als limonade drinken. 
Verdeel de boter in dunne stukjes over de bodem van een pannetje. Strooi de 50 gram suiker erover. Laat op halfhoog vuur smelten. Roer niet; eventueel kun je de pan zacht heen en weer zwieren. Ook draaien als het aan de ene kant harder smelt dan aan de andere kant is een idee.Wacht tot het mengsel lichtbruin kleurt en karameliseert. Voeg dan de melk toe (pas op voor spetteren) en roer tot een saus. Laat afkoelen. 
Klop de slagroom met de slagroomversteviger en vanillesuiker stijf. 
Zet de taart vlak voor het eten in elkaar. De taart hoeft natuurlijk niet in 1 keer op maar de meringuelaag wordt wel zachter als de taart langer staat. 
Leg de cakebodem op een mooi bord. Verdeel bijna alle slagroom erover. Verdeel bijna alle peer erover. Giet bijna alle karamelsaus erover. Leg de meringuelaag op de vulling. Versier de bovenkant met het achtergehouden deel van slagroom, peer, karamelsaus en de chocolade. 

zondag 25 december 2022

Vanillekipferl en heel veel kerstkoekjes

Op de grens met 2023 toch nog een nieuw post. 

Ik deed het dit jaar weer; kerstkoekjes bakken voor alle (schone) broers&zussen. Ik mopperde wel wat bij het uitrollen van het deeg voor de Aachener printen. Dat is echt heel stevig en taai zodat je heel veel kracht moet zetten. Een volgend jaar ga ik denk er maar platte pakketjes van maken zodra ik het deeg gemaakt heb en die in de koelkast laten rusten. Misschien is het deeg nog wat warm en rolt het wat soepeler. En de springerle heb ik niet zo mooi gevormd; het deeg was aan de plakkerige kant. Ik sneed vierkantjes van het deeg. Dit is het resultaat: ongeveer 450 kerstkoekjes.


Ik bakte weer Aachener printen, Rosensterne, gemberkoekjes, springerle en kipferl. Van de kipferl had ik nog geen recept geblogd. Ik zocht eerst op internet naar een aantal recepten om verhoudingen in de diverse recepten naast elkaar te zetten en daar mijn eigen versie uit te halen. De meeste recepten gaan wel uit van 200 gram boter maar de hoeveelheid suiker, bloem, noten en eigeel die daarbij gaan varieert nogal. Ik had een mooi lijstje gemaakt en toen kwam ik eindelijk aan het einde van de kerstallerhande van dit jaar, en toen stond daar ook nog een recept voor kipferl in. Dus die ging ook nog mee in de vergelijking. 

De kipferl gebakken volgens onderstaand recept. 


Kipferl

(recept van bijnanetzolekkeralsthuis - ongeveer 65 koekjes)
  • 200 gram zachte boter
  • 75 gram fijne kristalsuiker
  • merg uit 1 vanillestokje *)
  • 3 eidooiers *)
  • 100 gram gemalen hazelnoten *)
  • 50 gram maizena
  • 200 gram bloem
  • snuf zout
  • 20 gram poedersuiker
  • 3 zakjes vanillesuiker
Meng de zachte boter met de suiker en de vanille tot een romig mengsel. Meng er de eidooiers door. 
Doe hazelnootmeel, maizena, bloem en zout erbij en gebruik een mixer met kneedhaken om te mengen. 
Vorm het deeg tot een schijf en laat minstens een uur rusten in de koelkast. 
Bekleed een bakplaat met bakpapier. 
Verdeel het deeg (met de weegschaal) in porties van 50 gram. Verdeel elke stukje (op het oog) in 5 stukjes. Vorm een balletje, dan een worstje en buig dit in een maantje, terwijl je puntjes iets fijnknijpt. Leg elke kipferl op de bakplaat. Ik moest tussentijds mijn handen wassen omdat het deeg plakkerig werd en dat aan mijn handen bleef plakken waardoor de worstjes kapotrolden. Zet ergens halverwege het vormen van de koekjes de oven aan op 175C. 
Bak de kipferl in 10-12 minuten gaar. Ze horen niet bruin te worden. 
Meng ondertussen de poedersuiker met de vanillesuiker in een diep bord. 
Laat de kipferl een paar minuten afkoelen op de bakplaat en rol ze dan voorzichtig door de vanillesuiker. Laat verder afkoelen op een roosteer. 

*) gooi het stokje niet weg. Stop het in een pot suiker om deze een vanillesmaakje te geven.
*) gebruik de eiwitten voor de Rosensterne
*) de Lidl in Nederland heeft soms fijngemalen hazelnoten (dus hazelnotenmeel). Nu waren er alleen stukjes die ik zelf verder fijner maalde. De Lidl in Duitsland heeft volgens mij wel standaard fijngemalen hazelnoot. 

woensdag 5 oktober 2022

Tapsi


Deze maand stond in de Allerhande het verhaal van Awat die zijn tapsi deelde met zijn buren. Dat kende ik niet, tapsi. 
Als ik een gerecht niet ken en het me wel lekker lijkt om zelf te maken, dan volg ik niet het eerste recept dat ik lees. Ik zoek andere recepten en vergelijk deze met elkaar en dan vormt zich een manier waarop ik het ga proberen. Met het zoeken op tapsi kwam ik inderdaad vooral op recepten met aubergine, aardappel, tomaat en gehakt. Soms werd de link gelegd met de Griekse moussaka. Verder kwam er een recept zonder gehakt maar met paprika tevoorschijn waarbij het gerecht in een pan op het fornuis werd gaargestoofd in plaats van in de oven. 
Een derde bron van informatie voor de tapsi werd Nas, een van de Arnhemse Meisjes. Ik deed mee aan een intercultureel & culinair project dat uitmondde in een wijkdiner. Ik vroeg haar naar "haar" tapsi en welke kruiden of specerijen erin gaan. Aubergine is 1 van de belangrijke ingrediënten. Verder noemde ze kerriepoeder. Dat vind ik dan wel weer grappig omdat ik kerrie (een samengesteld specerijenmengsel) associeer met India of Suriname (maar dat komt daar weer door mensen met een Hindoestaanse  achtergrond (uit Brits-Indië) die daar terecht zijn gekomen als contractarbeider) en niet met Irak. In de versie van Awat wordt ras-el-hanout gebruikt. Dat associeer ik met Marokko, dus ook een eind uit de richting. 
Ik maakte de tapsi voor een lekkersvanthuis-bij-ons-thuis en hield het gerecht daarom vegetarisch. 

Tapsi

(recept van bijnanetzolekkeralsthuis - ovenschaal met inhoud van ± 5 liter)
  • 1,2 kilo aardappels
  • 2 eetlepels olie
  • 2 uien, in dunne, halve ringen
  • 2 teentjes knoflook, fijngehakt
  • 1 kilo aubergine, in ronde plakjes van 1 centimeter dik
  • 1 theelepel korianderzaad, grof gevijzeld (of neem gemalen koriander)
  • 1 theelepel komijnzaad, grof gevijzeld (of neem gemalen koriander)
  • zout
  • 500 gram tomaten, in plakjes van 0,5 centimeter dik
  • 100 gram tomatenpuree
  • 2 theelepels kerriepoeder
  • 1/2 theelepel pul biber (of iets anders dat pit geeft - naar smaak)
  • 1/4 theelepel geraspte nootmuskaat
  • ± 25 gram verse peterselie fijngehakt (mag inclusief de kleinere steeltjes)
  • 200 gram (diepvries)tuinbonen
Schil de aardappels en snijd ze in plakken van 1 centimeter dik. Doe ze in een pan met zoveel water dat ze net onderstaan. Voeg zout naar smaak toe. Breng - met een deksel op de pan - aan de kook. Zet het vuur laag als de aardappelplakjes koken en laat ze in ± 5 minuten bijna gaar koken. Giet af en zet even opzij. 
Verhit de helft van de olie in een grote braadpan en bak de ui een paar minuten tot deze begint te kleuren. Doe de rest van de olie erbij en zet het vuur hoog. Doe de knoflook en aubergine in de pan en bak de plakjes terwijl je ze blijft omscheppen. Voeg komijn en koriander en wat zout toe en een klein scheutje water. Doe een deksel op de pan en zet het vuur laag. Stoof 10-15 minuten en schep tussentijds 2-3 keer om zodat uiteindelijk alle plakjes een tijdje onderop hebben gelegen. 
Meng de tomatenpuree met 4 deciliter water, kerrie, pul biber, nootmuskaat en de helft van de peterselie door elkaar. 
Verdeel de helft van de aardappelplakjes over een ovenschaal. Leg hierop de helft van de aubergine en de helft van de tomatenplakjes. Maak zo nog 3 lagen met de rest van aardappel, aubergine en tomaat. Giet het tomatenpureemengsel over de groente. Verdeel de tuinbonen over de bovenkant van de tapsi en duw ze een beetje naar beneden. Bestrooi met de rest van de peterselie. 
Zet de tapsi in een oven op 180C tot alles goed heet is. Dat duurt ± 30 minuten; een beetje afhankelijk van hoe warm alles nog was toen het de oven inging. De tapsi een dag van tevoren samenstellen (dan kun je het beste de aardappel en aubergine eerst af laten koelen voordat je gaat stapelen) en de volgende dag opwarmen in de oven kan ook. Dan is de oventijd natuurlijk een beetje langer.